Nieuw tuindersliedboek (3)
Een makkelijke plant
Tuinders houden van zingen. Welke liederen moeten een plaats krijgen in het ‘Nieuw tuindersliedboek’? Deze keer: teeltadvies voor een veel bezongen plant.
‘Wilt u een stekkie (van de fuchsia)?’ mag vanzelfsprekend niet ontbreken in het Nieuw Tuindersliedboek. Dit tuinlied van Annie M.G. Schmidt en Harry Bannink, voor de tv-serie ‘Ja zuster, nee zuster’ uit de jaren zestig, is een van de weinige dat teeltadviezen geeft – ook al is het slechts zeer bescheiden.
Tuinlied Annie M.G. Schmidt en Harry Bannink
’t Is een makkelijke plant,
hij eet als ’t ware uit de hand.
Een beetje mest, een beetje zon,
hij doet het best op het balkon.
Tuinlied Annie M.G. Schmidt en Harry Bannink
Of de fuchsia werkelijk zo’n makkelijke plant is, dat valt nog te bezien. De meeste soorten zijn niet vorstvast en moeten in de wintermaanden naar binnen. Daar moet je dan wel een koele, niet te donkere ruimte voor hebben. Als je in een flatje woont met een balkon, kan dat tamelijk ingewikkeld worden. Overleven ze de winter dan moet je ze vervolgens op de juiste wijze snoeien. En het stekken zit ook vol onzekerheden. Hoe groot knip je de stekkies? Stop je ze in water of stekgrond? De moderne fastplant-consument gooit – als die al een zwak heeft voor de fuchsia – zijn planten op het eind van het seizoen in de groenbak, om in het voorjaar nieuwe te kopen bij het tuincentrum.
Dit alles doet twijfelen of Schmidt wel enig verstand had van tuinieren. Dat idee wordt versterkt door het verhaal dat zij dit lied in de eerste plaats schreef opdat de Brit Barrie Stevens – lid van het achtergrondkoortje de Jonkies – uit volle borst ‘fuch, fuch, fuch-sia’ kon zingen, wat in zijn geboorteland volstrekt taboe was.
(Wilt u een stekkie: https://www.youtube.com/watch?v=2XG82Vpu-no)
Hoe lief hij voor je bloeit
Een zeer bijzondere soort is de Herman-Finkers-fuchsia, die vanzelfsprekend door de naamgever wordt bezongen.
Herman Finkers
Maar sinds kort ben ik pas werkelijk beroemd:
er is een fuchsia naar mij vernoemd
finkers
Deze soort heeft in de eerste plaats een liefhebbende, zingende vrouw des huizes nodig. Finkers geeft verder als teeltadvies:
Als hij de ruimte krijgt en niet te veel wordt in gesnoeid,
zul je zien hoe veel hij geeft en hoe lief hij voor je bloeit
Finkers
Het lied (uit 2007) is stiekem een kleine ode aan het fuchsialied van Schmidt en Bannink. Tegelijkertijd is het natuurlijk ironie. Want is een naar jou vernoemde fuchsia – die inderdaad bestaat – werkelijk te verkiezen boven optreden in Caré of het winnen van een Elfstedentocht of twee? In veertig jaar lijkt de status van de fuchsia fors afgenomen.
(De Herman-Finkers-fuchsia: https://www.youtube.com/watch?v=U-35HIcvr5o)
Trippelen, buigen en draaien
In de jaren twintig van de vorige eeuw werd de fuchsia nog volstrekt serieus genomen. Ze hielden ‘Een fuchsiabal’ (op tekst van Rie Cramer en muziek van Geertruida van Vladeracken.
fychsia
Cramer
De fuchsia’s dansen heel langzaam en net,
Ze trippelen, buigen en draaien,
Een polka, een wals en een menuet
Hun bollende rokjes zwaaien.
Dan gebeurt er ineens iets opmerkelijks.
Maar kom er niet al te dichte bij,
Daar kunnen ze denk ik niet tegen.
Dan wippen ze vlug op hun steeltjes terug
Want voor menschen zijn ze verlegen.
cramer
cramer
Dat laat ons in twijfel achter. Eten ze nou uit je hand of zijn ze verlegen? Wellicht heb ik Annie M.G. Schmidt te serieus genomen. Op het moment dat ik haar fuchsialied leerde kennen, had ik een leeftijd waarop ik volwassenen nog volstrekt serieus nam en ironie niet herkende.
Dat alleen al is reden om in een volgende aflevering haar tuinrepertoire nader te onderzoeken. Had ze toch groene vingers en wist ze drommels goed hoe bewerkelijk fuchsia’s zijn?
Kees Bals