Signaalplanten: wat ‘onkruid’ je leert over je tuin
Planten die spontaan opkomen, geven een indicatie van de samenstelling van de grond waarop ze staan. Niemand verwacht een duindoorn tegen te komen in het bos. Terwijl je, als er bij de aanleg van een nieuwe weg veel zand is verschoven, snel pioniersplanten als klaproos, kamille en koolzaad in bloei zult zien staan. De kans dat je die planten op een moestuin tegenkomt is veel kleiner, hoewel die traditioneel ook veel wordt bewerkt. In deze grond zit meer voeding en daarom zijn het andere planten die daar opkomen.
Wanneer je langs de tuinen van ons complex loopt, is het leuk te zien dat we allemaal verschillend tuinieren. En aan de spontaan opgekomen planten, meestal onkruiden genoemd, zie je ook dat we allemaal verschillend met de grond omgaan. Wel, niet, of teveel mest; humus toevoegen of groen afvoeren; veel kale grond, of juist alles bedekt; wel of niet een boom of vaste planten. Andere factoren die een rol spelen zijn de natuurlijke historie van de grond; of je tuin dichtbij of verder van de Minstoom ligt, want dat heeft tot gevolg dat er meer of juist minder klei in de grond zit; én wat de tuinders voor jou de afgelopen honderden jaren met de grond hebben gedaan. Zo heeft bijna elke tuin zijn eigen minimilieu.
Met de onderstaande lijst nodig ik je uit eens naar je ‘onkruid’ ofwel signaal- indicatorplanten te kijken, zodat je weet hoe het met je grond gesteld is. Uiteraard is het niet volledig, maar ik benoem vooral de planten die op ons complex spontaan opkomen.
Geen grond is ‘fout’, maar wanneer je gewassen wilt verbouwen die uit zichzelf niet zouden kunnen groeien, zul je een bodem moeten creëren waarin je groentes en bloemen het wel naar hun zin hebben.
Met de onderstaande lijst nodig ik je uit eens naar je ‘onkruid’ ofwel signaal- indicatorplanten te kijken, zodat je weet hoe het met je grond gesteld is. Uiteraard is het niet volledig, maar ik benoem vooral de planten die op ons complex spontaan opkomen.
Geen grond is ‘fout’, maar wanneer je gewassen wilt verbouwen die uit zichzelf niet zouden kunnen groeien, zul je een bodem moeten creëren waarin je groentes en bloemen het wel naar hun zin hebben.
Heermoes – Equisetum arvense L.
Heermoes, ook wel paardenstaart genoemd, geeft aan dat de grond slecht water doorlaat en vastgeklonken is, vaak ook zurig is en bovenal dat de grond een tekort heeft aan het mineraal kiezel.
Omdat hij veel voorkomt in onze tuinen geef ik meteen wat tips over hoe je ermee om kunt gaan. Probeer ze in ieder geval niet met wortel en al uit te spitten, dan kan je meters diep de grond in gaan en zal het alleen maar sterker gaan groeien. Ze hebben deze lange wortels omdat ze uit een diepere ondergrond kiezel ophalen. De plant bevat een hoog kiezel gehalte. Wat bij het afsterven ten goede komt aan je boden. Zorg dat je niet meer over je grond loopt, maar alleen op paden of stapstenen. Geef je grond kalk en compost. Ga gewoon tuinieren en pluk de stengels af. Gooi ze zeker op de composthoop omdat de kiezel dan in je compost terecht komt.
Dit voorbeeld geeft direct de essentie van signaalplanten aan. De plant probeert de onbalans te herstellen. Niets is er voor niets. Een plant op te vochtige grond ontwatert, een op verdichtte grond maakt los etc.
Zevenblad – Aegopodium podagraria L.
Groeit op voedselrijk, vochtige en beschaduwde grond. Zevenblad bevat caroteen, kalium, calcium, magnesium en kiezelzuur. Door de bladeren iedere paar weken te plukken put je de wortels uit en verdwijnt de plant uiteindelijk. Door het blad op de grond te laten leggen verbeter je de bodem.
Kweek – Elytrigia repens
Wijst op een verdichte grond die zeer voedselrijk is en veel stikstof bevat. Het leuke is dus dat kweek je grond mooi los maakt. Gelukkig doen aardappelen hetzelfde. Dat is dus een mooi gewas om een stuk met kweek te ontginnen.
Akkerwinde – Concolculus arvensis
Wijst ook al op een verdichte grond die zeer rijk is aan stikstof, maar ook mineraalrijk, humusarm en droog.
Haagwinde – Calystegia sepium L.
Wijst op een zeer voedselrijke, carbonaat bevattende vochthoudende bodem.
Vogelmuur – Stellaria media
Dit kleine plantje met zijn witte sterachtige bloemetjes wijst op een voedselrijke grond met misschien een wat verstoorde bovenlaag, maar wel weer een evenwichtige grond die goed gemineraliseerd is. Wanneer deze plant op je tuin staat en je wilt groentes produceren kun je de aanwezigheid van deze plant als compliment beschouwen dat je goed bezig bent.
Kruipende boterbloem – Ranunculus repens
Groeit op een grond met een slechte structuur die vol zit met water zonder zuurstof en waar bacterieel leven niet mogelijk is.
Paardebloem – Equisetum orvense
Groeit op zure vochtige verdichte grond die veel stikstof bevat. De plant haalt met zijn lange penwortel de kalk uit diepere lagen op zodat het beschikbaar komt voor planten in de bovenste laag van de grond. Door met de wortels zo diep de grond in te gaan brengt de plant ook zuurstof de grond in en ruimte voor water om dieper de bodem in te dringen.
Brandnetel – Urticadioca
Kom je tegen op vaste bodems met een matige structuur, op vochtige beschaduwde plekken die stikstofrijk en humus houdend zijn, ijzer bevatten en dierlijke organische stof. De plant maakt kiezelzuur, natrium en kalium beschikbaar. Ook deze wortels verbeteren de bodemstructuur.
Smeerwortel – Symphytum officinale
Groeit op een natte bodem met een matige structuur die stikstofrijk is. De plant haalt met zijn lange wortels mineralen naar boven en maakt deze beschikbaar voor andere planten.
Brandnetel en smeerwortel zijn zeer waardevolle planten voor op de composthoop. Ze versnellen het composteer proces en verrijken de compost met onder meer kalium, stikstof en fosfor.
Ellen van Rooden
voor meer informatie: klik hier