‘De rode draad is passie voor tuinieren’

Emma Bourguignon (25) deed dit voorjaar haar afstudeerproject aan de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht op onze tuinen. Wellicht heb je haar ontmoet, misschien ben je naar haar presentatie gaan kijken. Hier vertelt ze over haar project en wat ze leerde op onze tuin.

“Ik groeide op in de natuur, in de Belgische Ardennen. Thuis hadden we een enorme moestuin”, vertelt Emma. “Mijn vader is architect. Zijn grootste angst was dat één van zijn kinderen ook architectuur zou gaan studeren. Maar zijn werk vormde mijn manier van kijken, het maakte me tot wie ik nu ben.”

En dat zorgde ervoor dat ze tóch koos voor engenering archicture, aan de universiteit in Louvain-la-Neuve. Na haar bachelor daar, wilde ze een master scenografie doen, het vakgebied waaronder bijvoorbeeld het ontwerpen van een tentoonstelling of een toneeldecor valt. Emma koos voor Utrecht (boven Londen en Helsinki) omdat ze hier in zo’n prachtige studio kon werken.

“Architectuur is mijn eerste liefde”, zegt Emma, “maar toen ik op mijn zestiende een scenograaf ontmoette en zag hoe zij werkte, wist ik dat dit mijn doel was. Ik wilde ook werken met andere mensen, werken in de kunstwereld, werken met ruimte. Ruimte verbindt mensen met elkaar. En in een museum of in het theater ook met kunstwerken.”

Voor haar afstudeerproject vroeg ze aan één van haar docenten of die haar in contact kon brengen met iemand die Utrecht goed kent. Zo leerde ze Hans kennen, die meewerkt op de tuin van Marion en Jolande. Hans leidde haar rond door de buurt. “Toen we bij de Minstroom kwamen, wist ik het: hier is het. Al van te voren had ik besloten dat ik iets wilde doen met ruimte en maatschappelijke betrokkenheid. Mijn onderzoeksvraag zou zich ontwikkelen aan de hand van wat ik zag op deze plaats. Ik wilde kijken naar de relatie tussen publieke en privé ruimte. Het interessante aan deze tuinen is dat ze midden in een stedelijke omgeving liggen. En ik was nieuwsgierig in hoeverre deze tuinvereniging een collectief is, of toch eerder een gemeenschap is, en welke rol die betrokkenheid daarin speelt. Eerst wilde ik de Gladjool daarin centraal stellen, omdat ik ervan uitging dat die belangrijk is als ontmoetingsruimte. Maar ik kwam er al snel achter dat ik me daarin vergiste, wat onder meer komt door de coronacrisis.”

Voor het theoretisch deel van haar studie interviewde ze Hans, Agnes, Mirjam en Lara. Hans vroeg ze bijvoorbeeld in hoeverre hij zijn oude krakersidealen meeneemt naar de tuin. Agnes bevroeg ze of er een relatie is tussen leven in een woongemeenschap en samen werken op de tuin. Agnes en Mirjam naar samenwerking tussen vrouwen. Lara naar haar rol als bestuurslid. Ook hoe je omgaat het vandalisme van jongeren uit de buurt kwam aan bod. “Ik ontdekte dat de rode draad de passie voor tuinieren is, en de liefde voor de natuur.”

Dat onderzoek leidde ook tot haar project. “Onder de appelboom in de boomgaard heb ik een geel doek gehangen dat de contouren van de boom volgt. Daarmee creëer ik een nieuwe ruimte. Wie er in gaat staan, wordt onderdeel van een gemeenschap van kijkers, toeschouwers. Rondkijken is ook een vorm van actief zijn. Met de kleur geel leg ik een verband met de Gladjool. Daarvandaan kun je de nieuwe ruimte in de boomgaard zien.”

Tijdens de presentatie liet ze bezoekers samen, steeds met tweeën, geblinddoekt één appel tekenen. De vaak zeer picassoiaanse vruchten die daarbij ontstonden kreeg een plekje in de boom.  

Emma: “Hoe dit project me heeft veranderd, weet ik nog niet. Ik ben nooit eerder zo ver buiten mijn comfort zone gegaan: ik heb een heleboel werk in mijn eentje gedaan, terwijl samenwerking juist mijn basishouding is. Het is interessant om te zien hoe ver ik in mijn eentje kom, en om mijn beperkingen te leren kennen.” 

Kees Bals

Op onze website hebben we eerder aandacht geschonken aan het afstuderen van Emma. Klik hier om dat te lezen.

Dit vind je misschien ook interessant...